Hoe is het om feedback op een verhaal te krijgen? In deze blogrubriek krijg je het te zien! Ik deel het winnende verhaal van de schrijfwedstrijd én mijn feedback daarop met je. Deze keer: Ik zie wat jij niet ziet van Benedicte Leroy.
Wil je ook eens meedoen aan een schrijfwedstrijd? Meld je aan voor mijn gratis schrijftips en –oefeningen, dan ontvang je vanzelf bericht wanneer er een nieuwe klaarstaat.
Ik wens je veel leesplezier!
Het verhaal:
Ik zie wat jij niet ziet
Ik zit in een sporttas. Die zwiert de lucht in en gevaarlijk heen en weer schuddend word ik naar buiten gedragen en in een autokoffer geduwd. Even gaat de rits open. Een bikini wordt op me gedropt als een handtastelijke octopus. Het kost me de hele autorit om in het donker uit haar touwen verlost te geraken. Na een bruuske stop, pikt een sierlijke hand me uit de tas. Met een zwaai en kriebels in mijn buik beland ik op haar welgevormde neus. Sierlijk wiegend kuiert ze het strand op, glunderend dein ik mee. Ze begroet een vriendin. De dames nestelen zich tegen een warme duin en ik geniet. Van hieruit heb ik een zalig zicht op de zee en zonnekloppers.
Een vloek. Hun gezellige gekeuvel was omgeslagen in ruzie.
“Ik ga echt niet zwemmen!”
“Fijne vriendin ben jij!” Met haar neus in de lucht stampt haar vriendin naar het water.
Ze snoof en ging liggen. Weg zicht. Turend naar de wolken bedenk ik teleurgesteld dat haar vriendin gelijk had. Wie wou nu niet de zee in?
“Dag schoonheid, zo alleen?”
Ze gaat haar rechtop zitten, schikt haar bikini goed en glimlacht verlegen.
Een man komt voor haar zitten en gaat verder met mierzoete clichés.
Dansende krullen, gebruinde huid; hij is knap, ongetwijfeld.
En toch. Er is iets.
Plots buigt zijn hoofd iets verder naar voor waardoor ik ongestoord recht in zijn ogen kijk.
Ineens zie ik het. Zijn ogen lachen niet mee. Ze zijn koud en hard.
“Ga met me mee!”
“Ik kan niet, mijn vriendin zal niet weten waar ik ben!” stamelt ze.
Plots trekt een andere arm haar naar achter. Voor ze kan schreeuwen, wordt een hand op haar mond gelegd en neemt de knappe man haar spartelende benen beet.
Ik moet iets doen. Ik moet de vriendin alarmeren. Met al mijn krachten duw ik mijn korte beentjes af tegen haar oren en spring vooruit. Ik tuimel in het zand en zie nog net hoe de mannen haar wegdragen, de duinen in.
Als de vriendin terug sjokt uit het water kijkt ze niet-begrijpend naar de lege handdoek. “Mooie vriendin, eerst te tuttig om mee te gaan zwemmen en nu me hier zomaar alleen (..)”. Ze stopt midden in haar zin als ze mij ziet. “Vreemd, ze zou nooit haar gloednieuwe zonnebril achterlaten.” Angstig begint ze om zich heen te roepen.
De feedback:
Waar let ik op?
Als schrijfcoach richt ik me op de inhoud en de stijl van het verhaal. Wat is de kern van het verhaal? Welke technische onderdelen werken goed? Waar rommelt het nog? Wat voor verwachtingen en emoties roept de tekst bij me op?
Het is niet mijn beroep om eventuele taalfoutjes uit de tekst te halen. Ik plaats het verhaal hier met toestemming van de schrijver en op de manier zoals het bij mij is ingeleverd. Eventuele foutjes in de tekst komen van hun hand. Als ik per ongeluk een foutje in mijn gedeelte van dit artikel over het hoofd heb gezien, hoor ik het graag!
Wat vind ik goed aan dit verhaal?
Wat ik het leukste vond aan dit verhaal was het perspectief: we beleven het verhaal vanuit de zonnebril. En dit is niet zomaar een zonnebril, nee, hij zorgt ervoor dat de vriendin van zijn ‘baasje’ weet dat er iets vreemds is gebeurd.
Het gebeurt vaker dat iemand een verhaal instuurt dat geschreven is vanuit een voorwerp, maar meestal wordt er dan in een flinke valkuil getrapt. Een goed hoofdpersonage kan namelijk observeren, denken en vooral doen! Als je vanuit een voorwerp schrijft, moet je er dus wel voor zorgen dat het ding ook actie kan ondernemen. Dat is waar veel schrijvers de mist ingaan en wat Benedicte juist zo goed heeft opgepakt.
De zonnebril is een actief personage: hij ziet dat de knappe man niet te vertrouwen is (nog voordat de vrouw het in de gaten heeft) en gebruikt zijn pootjes om in het zand te belanden, waarmee hij een hint achterlaat voor de vriendin. Wat een held! 🙂
Wat kan er nog beter?
De ruzie tussen de twee vriendinnen is flauw. De discussie ontstaat vanuit het niets en het maakt voor het verhaal ook niet uit of de ruzie wordt opgelost. Je hoeft daar geen ruzie van te maken. De vriendin kan vragen of de zonnebrildraagster mee gaat zwemmen, die vervolgens kan antwoorden dat ze er zo aankomt. Daarmee bespaar je jezelf ook wat woorden (tenminste, zolang je je aan de limiet van 400 woorden wilt houden, dat hoeft nu natuurlijk niet meer), die je aan het einde kunt gebruiken.
Ik denk namelijk niet dat de dure zonnebril de enige hint is. Waarschijnlijk zijn de handdoeken in de war komen te liggen door de worsteling tussen de vrouw en de mannen, misschien hebben ze de tassen ook meegenomen. Laat ons meer zien van de situatie, zodat we samen met de vriendin kunnen inschatten hoe erg de situatie is. Een verfrommelde handdoek kan ook door de wind komen, maar als die bril daar dan bij ligt, weten we dat er meer speelt.
Wil jij ook feedback op je verhaal?
Meld je aan voor mijn gratis schrijftips en -oefeningen. Je hoort dan vanzelf wanneer er een nieuwe schrijfwedstrijd is en je dus kans maakt op gratis feedback.
Ben je al een heel boek aan het schrijven? Dan past een APK beter bij je, waarin we samen bespreken hoe jouw verhaal een must-read boek gaat worden.
Feedback op een verhaal 7: Ik zie wat jij niet ziet
Hoe is het om feedback op een verhaal te krijgen? In deze blogrubriek krijg je het te zien! Ik deel het winnende verhaal van de schrijfwedstrijd én mijn feedback daarop met je. Deze keer: Ik zie wat jij niet ziet van Benedicte Leroy.
Wil je ook eens meedoen aan een schrijfwedstrijd? Meld je aan voor mijn gratis schrijftips en –oefeningen, dan ontvang je vanzelf bericht wanneer er een nieuwe klaarstaat.
Ik wens je veel leesplezier!
Het verhaal:
Ik zie wat jij niet ziet
Ik zit in een sporttas. Die zwiert de lucht in en gevaarlijk heen en weer schuddend word ik naar buiten gedragen en in een autokoffer geduwd. Even gaat de rits open. Een bikini wordt op me gedropt als een handtastelijke octopus. Het kost me de hele autorit om in het donker uit haar touwen verlost te geraken. Na een bruuske stop, pikt een sierlijke hand me uit de tas. Met een zwaai en kriebels in mijn buik beland ik op haar welgevormde neus. Sierlijk wiegend kuiert ze het strand op, glunderend dein ik mee. Ze begroet een vriendin. De dames nestelen zich tegen een warme duin en ik geniet. Van hieruit heb ik een zalig zicht op de zee en zonnekloppers.
Een vloek. Hun gezellige gekeuvel was omgeslagen in ruzie.
“Ik ga echt niet zwemmen!”
“Fijne vriendin ben jij!” Met haar neus in de lucht stampt haar vriendin naar het water.
Ze snoof en ging liggen. Weg zicht. Turend naar de wolken bedenk ik teleurgesteld dat haar vriendin gelijk had. Wie wou nu niet de zee in?
“Dag schoonheid, zo alleen?”
Ze gaat haar rechtop zitten, schikt haar bikini goed en glimlacht verlegen.
Een man komt voor haar zitten en gaat verder met mierzoete clichés.
Dansende krullen, gebruinde huid; hij is knap, ongetwijfeld.
En toch. Er is iets.
Plots buigt zijn hoofd iets verder naar voor waardoor ik ongestoord recht in zijn ogen kijk.
Ineens zie ik het. Zijn ogen lachen niet mee. Ze zijn koud en hard.
“Ga met me mee!”
“Ik kan niet, mijn vriendin zal niet weten waar ik ben!” stamelt ze.
Plots trekt een andere arm haar naar achter. Voor ze kan schreeuwen, wordt een hand op haar mond gelegd en neemt de knappe man haar spartelende benen beet.
Ik moet iets doen. Ik moet de vriendin alarmeren. Met al mijn krachten duw ik mijn korte beentjes af tegen haar oren en spring vooruit. Ik tuimel in het zand en zie nog net hoe de mannen haar wegdragen, de duinen in.
Als de vriendin terug sjokt uit het water kijkt ze niet-begrijpend naar de lege handdoek. “Mooie vriendin, eerst te tuttig om mee te gaan zwemmen en nu me hier zomaar alleen (..)”. Ze stopt midden in haar zin als ze mij ziet. “Vreemd, ze zou nooit haar gloednieuwe zonnebril achterlaten.” Angstig begint ze om zich heen te roepen.
De feedback:
Waar let ik op?
Als schrijfcoach richt ik me op de inhoud en de stijl van het verhaal. Wat is de kern van het verhaal? Welke technische onderdelen werken goed? Waar rommelt het nog? Wat voor verwachtingen en emoties roept de tekst bij me op?
Het is niet mijn beroep om eventuele taalfoutjes uit de tekst te halen. Ik plaats het verhaal hier met toestemming van de schrijver en op de manier zoals het bij mij is ingeleverd. Eventuele foutjes in de tekst komen van hun hand. Als ik per ongeluk een foutje in mijn gedeelte van dit artikel over het hoofd heb gezien, hoor ik het graag!
Wat vind ik goed aan dit verhaal?
Wat ik het leukste vond aan dit verhaal was het perspectief: we beleven het verhaal vanuit de zonnebril. En dit is niet zomaar een zonnebril, nee, hij zorgt ervoor dat de vriendin van zijn ‘baasje’ weet dat er iets vreemds is gebeurd.
Het gebeurt vaker dat iemand een verhaal instuurt dat geschreven is vanuit een voorwerp, maar meestal wordt er dan in een flinke valkuil getrapt. Een goed hoofdpersonage kan namelijk observeren, denken en vooral doen! Als je vanuit een voorwerp schrijft, moet je er dus wel voor zorgen dat het ding ook actie kan ondernemen. Dat is waar veel schrijvers de mist ingaan en wat Benedicte juist zo goed heeft opgepakt.
De zonnebril is een actief personage: hij ziet dat de knappe man niet te vertrouwen is (nog voordat de vrouw het in de gaten heeft) en gebruikt zijn pootjes om in het zand te belanden, waarmee hij een hint achterlaat voor de vriendin. Wat een held! 🙂
Wat kan er nog beter?
De ruzie tussen de twee vriendinnen is flauw. De discussie ontstaat vanuit het niets en het maakt voor het verhaal ook niet uit of de ruzie wordt opgelost. Je hoeft daar geen ruzie van te maken. De vriendin kan vragen of de zonnebrildraagster mee gaat zwemmen, die vervolgens kan antwoorden dat ze er zo aankomt. Daarmee bespaar je jezelf ook wat woorden (tenminste, zolang je je aan de limiet van 400 woorden wilt houden, dat hoeft nu natuurlijk niet meer), die je aan het einde kunt gebruiken.
Ik denk namelijk niet dat de dure zonnebril de enige hint is. Waarschijnlijk zijn de handdoeken in de war komen te liggen door de worsteling tussen de vrouw en de mannen, misschien hebben ze de tassen ook meegenomen. Laat ons meer zien van de situatie, zodat we samen met de vriendin kunnen inschatten hoe erg de situatie is. Een verfrommelde handdoek kan ook door de wind komen, maar als die bril daar dan bij ligt, weten we dat er meer speelt.
Wil jij ook feedback op je verhaal?
Meld je aan voor mijn gratis schrijftips en -oefeningen. Je hoort dan vanzelf wanneer er een nieuwe schrijfwedstrijd is en je dus kans maakt op gratis feedback.
Ben je al een heel boek aan het schrijven? Dan past een APK beter bij je, waarin we samen bespreken hoe jouw verhaal een must-read boek gaat worden.